ICT in het Onderwijs

Hoe maak of bewerk ik een programma?

Updated on

Elk programma bestaat uit een Promo, Introductie, Segmenten (oefenweek/weken met daarin rollenspellen) en een Afronding. Alle onderdelen van zowel kant-en-klare als zelfgemaakte programma's kun je volledig aanpassen en daarmee op maat maken.

Nieuw programma maken

  • Navigeer naar het tabblad Programma's
  • Klik op Nieuw programma rechtsboven op de pagina. Er opent een pop-up scherm.
  1. Kies voor Leeg programma om een nieuw programma aan te maken. Wil je liever een programma kopiëren dat al bestaat? Ga dan naar Bestaand programma kopiëren.
  2. Geef het programma een titel.
  3. Selecteer de taal van het programma.
  4. Klik op Programma maken.

Bestaand programma kopiëren

  • Navigeer naar het tabblad Programma's
  • Klik op Nieuw programma rechtsboven op de pagina. Er opent een pop-up scherm.
  1. Kies voor Kopieer programma.
  2. Selecteer het programma dat je wilt kopiëren.
  3. Geef het programma een titel.
  4. Selecteer de (mogelijke) coaches van het programma. Kies vervolgens of leerlingen zelf een coach kunnen kiezen (Coach kiezen) uit die lijst of dat alle deeelnemers van het programma dezelfde coach krijgen (Default coach).
  5. Selecteer de startdatum van het programma.
  6. Klik op Programma maken.

Het kopiëren kan even duren. Je krijgt een e-mail zodra het kopiëren is voltooid.

Kant-en-klaar programma bewerken

  1. Navigeer naar het tabblad Programma's. En klik op een programma uit de lijst om deze te openen.

Promo aanpassen

In het eerste tabblad van het programma (Inhoud), vind je het onderdeel Promo. Hier kun je aan de deelnemer aangegeven wat hem/haar te wachten staat. De promo is zichtbaar voor studenten die per mail een uitnodiging ontvangen om deel te nemen aan het programma.

  • Klik op de tekst van de promo om deze te bewerken. Er opent een nieuw venster.
  1. Klik op Bestand kiezen om een introductievideo of een afbeelding toe te voegen/te wijzigen.
  2. Pas eventueel de beschrijving aan.
  3. Klik op Opslaan.

Maak je gebruik van integratie van TrainTool in Brightspace? Dan wordt de promo niet aan studenten getoond.

Introductie aanpassen

De introductie is het eerste onderdeel van een programma dat de student ziet zodra deze begint met trainen. Maak de introductie van een generiek programma persoonlijker door te verwijzen naar colleges of andere cursusonderdelen. Voor studenten kan het fijn zijn om een introductiefilmpje op te nemen om ze welkom te heten en kort te vertellen waar het programma over gaat. Benoem in de introductie ook hoe lang het programma duurt en hoeveel opdrachten het bevat.  

  • Klik op de tekst van de introductie om deze te bewerken. Er opent een nieuw venster.
  1. Klik op Browse om een introductievideo of een afbeelding toe te voegen/te wijzigen.
  2. Pas eventueel de beschrijving aan.

Scroll verder naar beneden om eventueel Bijlagen toe te voegen.

Tips voor instructievideo's

  • Zorg dat je uitleg in spreektaal is. Vermijd opsommingen, wees to the  point en weid niet uit over zaken die er niet toe doen. Ondersteun je video’s waar mogelijk met kernwoorden in beeld.
  • Probeer je video’s te limiteren tot 1 minuut. Een autocue kan de spreker helpen de tekst vloeiend uit te spreken. Hiervoor zijn apps beschikbaar.
  • Zorg ervoor dat de spreker in de camera kijkt, zodat hij of zij de kijker direct aankijkt.
  1. Geef een beschrijving van de bijlage die je hebt toegevoegd.
  2. Geef elke bijlage een Titel en voeg vervolgens een of meerdere bijlagen toe door op Choose File te klikken.
  3. Klik op Opslaan.

Structuur aanpassen

Bepaal eerst hoe het programma aansluit bij je cursus: hoe lang loopt het programma? Welke rollenspellen moeten in welke week of dag van de week beschikbaar zijn? Vervolgens kun je het programma aanpassen. Je kunt:

Elk programma start met een standaard Test Role Play. Dit is een oefening voor studenten om te wennen aan het gebruik van TrainTool, maar ook om de camera en geluidsinstellingen te controleren.

Segment toevoegen

Het is mogelijk om naast de bestaande segmenten een nieuw segment toe te voegen. Dit kan handig zijn als het om veel rollenspellen gaat en je ze wilt verdelen over meerdere weken of dagen.

  • Scroll binnen je programma naar beneden.
  • Klik op Dag toevoegen. Onderaan de pagina verschijnt nu een nieuwe dag.
  • Klik op Week toevoegen. Onder aan de pagina verschijnt nu een nieuwe week.

De dag of week die je nieuw hebt aangemaakt is nog leeg. Je kunt er rollenspellen naartoe slepen of nieuwe aanmaken. Je kunt nu ook de instellingen aanpassen.

Rollenspel verslepen of verwijderen

  • Klik op een rollenspel en houd deze ingedrukt om hem te verslepen. Je kunt hem verslepen binnen een segment (week/dag), maar ook naar een ander segment (week/dag).
  • In de tabel onder de titel van het segment zie je vanaf welke week, dag en tijdstip de rollenspellen beschikaar zijn.

Instellingen segment aanpassen

  • Beweeg de muis over de startdatum van het segment en klik op Instellingen. Er opent een nieuw venster.
  1. Je kunt hier selecteren of het doel is om enkel te oefenen, of dat er een beoordeling is gekoppeld aan het segment. Voor elk segment is het doel standaard ingesteld op oefenen.
    • Klik op Oefenen als studenten een rollenspel ongelimiteerd kunnen oefenen. Er wordt geen score aan verbonden. Als de student niet tevreden is over de opname kan deze de oefening net zo lang opnieuw doen totdat hij/zij wel tevreden is. Vervolgens kunnen studenten de opname met vrienden en/of de coach delen om feedback te vragen. NB: elke nieuwe poging overschrijft een eerder opgenomen poging, dus alleen de laatste poging wordt opgeslagen. Jij noch de student kan eerdere opnamen dus op een later moment terugkijken.
    • Klik op Beoordeling om een meting in te stellen. Een meting gebruik je om het niveau van de student te bepalen. De score wordt bepaald aan de hand van beoordelingscriteria. De student heeft  maximaal twee pogingen en ziet een duidelijke indicatie dat het rollenspel tot een meting behoort.
  2. Pas eventueel de titel van het segment aan.
  3. Pas de instellingen of de planning van het segment aan bij oefenen of beoordelen.

Oefenen

Je kunt per segment een verschijningsmoment en eventueel een deadline instellen:

  • Het verschijningsmoment is de datum en het tijdstip waarop een segment met rollenspellen beschikbaar wordt voor de student.
  • De deadline is de datum en het tijdstip waarop de student het segment af moeten hebben.

De student ziet op zijn/haar tijdlijn alle segmenten, maar kan pas beginnen met oefenen als een segment is vrijgegeven. Het moment waarop het segment met oefeningen beschikbaar is voor de desbetreffende student is gekoppeld aan de startdatum van de deelnemers aan het programma. De datum waarop de deelnemer start staat gelijk aan week 1, dag 1. De verschijningsmomenten en deadlines zijn dus verschillend voor studenten die andere startdata hebben.

  1. Vul in het veld Set example start date de startdatum in. Dit veld dient als hulpmiddel bij het instellen van de week en dag.
  2. Stel in op welke dag de rollenspellen beschikbaar zijn door de week, de dag van de week en/of het tijdstip aan te passen. TrainTool berekent op basis van de ingegeven startdatum op welke datum en tijd de rollenspellen binnen het desbetreffende segment toegankelijk zijn voor de student. NB: deze datum en tijd verschijnen onder de planning.
  3. Stel eventueel een deadline in.
  4. Klik op Toepassen.

Lees meer over het instellen van het verschijningsmoment en deadlines in het helpcentrum van TrainTool.

Beoordeling

Van een segment rollenspellen kun je een meting maken. In een meting krijgt een student slechts één keer de kans om zijn of haar reactie opnieuw op te nemen. De student krijgt ook geen beoordelingscriteria te zien. Aan het eind van de meting is er een beoordeling met een score in de vorm van een rapportage.

Studenten worden als ze beginnen met TrainTool geattendeerd op eventuele voorbereidende theorie. Hierin wordt ook de meting ingeleid, waarin duidelijk wordt gemaakt dat ze bij een meting maar twee pogingen hebben en dat een tweede poging automatisch de definitieve poging is.

  1. Selecteer het type meting:
    • Bepaal of je een Nulmeting of Eindmeting wilt instellen. Een nulmeting geeft alleen een score en wordt doorgaans aan het begin gebruikt om het beginniveau van een deelnemer vast te stellen. Voor een eindmeting kan een deelnemer zakken of slagen. Een eindmeting wordt vaak aan het einde van een programma ingezet om het eindniveau van een deelnemer te bepalen.
    • Vink de Coachbeoordeling eventueel uit. Als Coachbeoordeling aangevinkt is en de student aan een coach gekoppeld is, komen de opnames van de student na het afronden van de meting in de coachomgeving van de coach terecht. Hij of zij kan de opnames beoordelen, feedback geven per rollenspel, per competentie en over de gehele meting. De student ontvangt een rapportage met de resultaten.
    • Vink de Zelfbeoordeling eventueel uit. Als Zelfbeoordeling aangevinkt is, krijgt de student na het afronden van de rollenspellen de beoordelingscriteria te zien en kan hij/zij de opnames zelf beoordelen. De student ontvangt aan het eind van de meting en rapportage met de totaalscore en de score per competentie.
  2. Bepaal welke scores getoond worden aan de student:
    • Vink Toon totaalscore eventueel uit. Als je deze optie uitvinkt, krijgt de deelnemer geen totaalscore te zien, maar wel competentiescores. De score is het gemiddelde percentage van de competentiescores (per competentie het percentage van de beoordelingscriteria die de deelnemer in zijn of haar reacties heeft laten zien).
    • Vink Toon exacte waardes eventueel uit. Als je deze optie uitvinkt, krijgt de deelnemer geen numerieke score te zien, alleen een visuele indicatie van zijn of haar niveau, zowel bij de totaalscore als bij de competenties.
  1. Bepaal de norm en het groepsgemiddelde voor de totaalscore:
    • De Norm is het niveau dat je minimaal van je deelnemers verwacht. In een eindmeting is het de grens waaronder een deelnemer zakt en waarboven een deelnemer slaagt.
    • Een Groepsgemiddelde kan de student een beeld geven van hoe hij of zij scoort ten opzichte van andere studenten. Je kunt hier bijvoorbeeld de gemiddelde totaal- en competentiescores invullen van een eerdere groep studenten die dezelfde meting heeft afgerond.
  2. Net als voor de totaalscore kun je voor de competentiescore een norm en groepsgemiddelde invullen. De competenties die gekoppeld zijn aan de rollenspellen worden automatisch getoond. Geef per competentie de Norm en het Groepsgemiddelde aan.
  3. Pas de planning van het rollenspel aan.
  4. Klik op Toepassen.
  • Een structuur die je zou kunnen instellen is: nulmeting -  oefensegment - oefensegment - eindmeting. Aan het verschil in score  tussen de nul- en eindmeting kun je zien hoeveel de deelnemer gegroeid is.
  • Geef in de instructietekst bij het rollenspel zelf aan wie de toets van feedback gaat voorzien, bijvoorbeeld een werkgroepbegeleider of een student-assistent (indien nog onbekend kun je ‘je coach’ invullen)

Lees meer over het bewerken van een rollenspel in het artikel Hoe maak ik of pas ik een rollenspel aan?

Afronding aanpassen

Een programma sluit je af met een afronding. Hierin laat je de studenten weten dat ze het volledige programma hebben doorlopen en eventueel wat ze hierna gaan doen.

  • Klik op de tekst van de afronding om deze te bewerken. Er opent een nieuw venster.
  1. Klik op Bestand kiezen om een afsluitende video of een afbeelding toe te voegen/te wijzigen.
  2. Pas eventueel de beschrijving aan.
  3. Klik op Opslaan.
Previous Article Evaluatie na het gebruik van een programma
Next Article Hoe maak ik of pas ik een rollenspel aan?